Verbranding is een exotherm proces dat plaatsvindt onder omstandigheden van progressieve zelfversnelling. Verbranding kan worden veroorzaakt door een chemische reactie van de verbinding, de ontleding van stoffen, en dit is niet alleen in direct contact met zuurstof, maar ook met andere producten die het bevatten. Bijvoorbeeld kalk. Verbranding is onderverdeeld in verschillende soorten: flits, vuur, ontsteking, spontane verbranding.
Hoe zit het met het vlampunt?
Dit is de kleinste indicator waarbij, onder bepaalde omstandigheden, een uitbarsting van damp boven het oppervlak ontstaat wanneer een vlam wordt gevormd die zich boven het oppervlak van een stof vormt, terwijl geen stabiele verbranding wordt gevormd. Het vlampunt is ongeveer gelijk aan de onderste temperatuurlimiet van de ontsteking. Maar wat is er?
Ontsteking is de snelle verbranding van een product, niet gepaard met de vorming van een gecomprimeerd type gas.
Als de temperatuurindicatoren van de stof lager zijn dan de ontstekingstemperatuur, vormt deze geen brandgevaar, zelfs niet bij een korte blootstelling aan een vlam, vonk of zelfs een gloeiend product. Wordt de stof verhit tot een vlampunt en nog hoger? Dan zal een korte blootstelling aan vonk, vuur, leiden tot ontsteking, en onder bepaalde omstandigheden van de brand kan niet worden vermeden.
Daarom is het vlampunt een maat voor de classificatie van stoffen volgens de mate van brandveiligheid. Het is anders voor alle stoffen.
Beroemde voorbeelden
Ontvlambare stoffen worden vaak in de luchtvaart gevonden, dus hun vlampunten zijn bij velen bekend.
- Aceton zal opvlammen bij +20 ° C.
- Benzine laait op bij + 14 ... +20 ° C.
- Benzeen zal oplaaien bij +14 ° C.
- Dieselbrandstof bij + 35 ... +90 ° C.
- Vliegtuigbrandstof bij + 25 ... +50 ° C.
- Vloeistoffen voor hydraulische systemen hebben + 93 ... +138 ° C nodig
Waarom moet ik de flitstemperatuur weten?
Met deze waarde kunt u veilige methoden definiëren voor het transporteren, opslaan en gebruiken van vloeistof voor verschillende doeleinden. Er moet aan worden herinnerd dat er op het vlampunt geen blijvende verbranding is en alleen het mengsel van dampen met lucht dat boven de stof is gevormd, brandt. Als de temperatuur van de stof de ingestelde waarde niet overschrijdt, zal de verdampingssnelheid van de stof vanaf het open oppervlak toenemen en op het moment van ontsteking kan het product constant dampen in voldoende volume uitstoten voor stabiele verbranding. Deze temperatuur wordt de ontstekingstemperatuur genoemd.
Wat is het vlampunt?
Dit is de kleinste indicator van een stof waarbij, onder bepaalde omstandigheden, een stof damp en gassen met een enorme snelheid vrijgeeft en wanneer een energiedrager erop inwerkt, wordt ontsteking uitgevoerd.
Wat is een ontvlambare vloeistof?
Niet veel mensen weten over vloeistoffen die brandbaar zijn, maar het is jammer dat dit uiterst nuttige informatie is. Zelfs bij u thuis kan er een huishoudproduct zijn dat correct moet worden opgeslagen, anders kan een ramp niet worden vermeden. Dus wat zijn ontvlambare vloeistoffen? Dit zijn pure mengsels of oplossingen die vaste insluitsels in een oplossing bevatten, brandbare dampen met een gesloten vlampunt van 61 ° C.
Ontvlambare stoffen in vloeibare vorm omvatten ook producten die:
- Ze verschillen in dampdruk van 300 kPa en een temperatuur van 50 ° C en zijn niet volledig gasvormig, zelfs bij 20 ° C en een druk van 101,3 kPa.
- Ze hebben een vlampunt van niet meer dan 61 ° C.
Wat zijn de vereisten voor het transport van dergelijke fondsen?
Ontvlambare stoffen in vloeibare vorm zijn onder meer: gasolie, diesel en lichte stookolie, waarvan het vlampunt meer dan 61 graden Celsius is, maar lager dan 100. Alle producten in vloeibare vorm moeten worden verdeeld in verpakkingsgroepen, afhankelijk van de mate van gevaar dat vertegenwoordigen deze mengsels tijdens transport:
- Groep één. Dit zijn stoffen met een hoog gevaar. Deze categorie omvat ontvlambare vloeistoffen met een kookpunt van niet meer dan 35 ° C, evenals mengsels met een vlampunt onder 23 graden Celsius, die zeer corrosief of uiterst giftig zijn.
- Groep twee. Stoffen met een gematigde mate van gevaar zijn hier inbegrepen. Ze hebben een vlampunt niet lager dan 23 ° C, maar deze stoffen zijn niet toegewezen aan de eerste groep.
- Groep drie. Dit zijn weinig gevaarlijke stoffen met een vlampunt van 23 tot 61 ° C.
Wat zijn ontvlambare vaste producten?
Deze groep omvat:
- Aluminium. Het is een licht, sterk metaal, gekenmerkt door zijn duurzaamheid, ductiliteit en weerstand tegen corrosie. Dit materiaal, vooral in de vorm van legeringen met andere metalen, wordt veel gebruikt in het dagelijks leven. Het is betrokken bij vrijwel alle activiteitengebieden: elektrotechniek, voedingsindustrie, metallurgie, chemische industrie, werktuigbouwkunde, enzovoort. En tegelijkertijd is het ook een brandbare stof.
- Zwavel. Het is een vast kristallijn product. Het wordt gebruikt voor de productie van zwavelzuur, in papierfabrieken, in de landbouw, in de rubberindustrie, in de chemische industrie, enzovoort. Fijne zwavel is gevoelig voor spontane verbranding als het product zich in een vochtige omgeving bevindt, in contact met verschillende oxidatiemiddelen, steenkool, oliën, vetten. Samen met nitraten, perchloraten en chloraten vormt zwavel explosieve mengsels!
- Kalium. Deze stof is een zilveren tint, gekenmerkt door zijn smeltbaarheid. Het product wordt actief gebruikt in de landbouw, bij het ontwerpen van galvaniseren, in koelvloeistoffen en zelfs in de medische industrie. Als kalium wordt gecombineerd met water, zal er een explosie plaatsvinden.
- Natrium. Dit is een zacht, ductiel metaal met een zilverwitte tint. Het wordt gebruikt als reductiemiddel in de metallurgie, bij de productie van batterijen, voor het maken van een koellichaam, in vrachtwagens en zelfs in gasontladingslampen. Als natrium in contact komt met water, ontsteekt het onmiddellijk en kan zelfs een explosie optreden.
- Coal. Dit is een brandbare vaste stof, zwart van kleur. Het wordt gebruikt als brandstof, in de vorm van een grondstofbasis voor de chemische en metallurgische industrie, bij het maken van grafiet, enzovoort. Actieve kool wordt ook gemaakt van het product, dat in de farmacologie wordt gebruikt voor het reinigen van vloeistoffen, gasscheiding, enz.
- Papier met oliën.
Kan spontane verbranding van producten optreden?
Ja, dus u moet uiterst voorzichtig zijn met dergelijke producten. Deze omvatten:
- Pyrofore stoffen. Dit zijn mengsels en producten die zelfs in de kleinste hoeveelheden beginnen te ontbranden bij contact met lucht gedurende vijf minuten. Deze stoffen zijn onderhevig aan spontane verbranding.
- Voor zelfverhitting vatbare producten, stoffen. Dit zijn producten die, in contact met lucht en zonder zelfs energie van buitenaf, spontane verbranding kunnen ondergaan. Stoffen kunnen ook ontbranden, maar alleen in grote hoeveelheden en gedurende langere perioden. De reden voor spontane verbranding is eenvoudig - er is contact met zuurstof, waarbij de afgegeven warmte niet voldoende buiten wordt afgevoerd.
Hoe gevaarlijke materialen in grote hoeveelheden op te slaan?
De opslag van ontvlambare stoffen is geen gemakkelijke taak, daarom is het naleven van brandveiligheid het beste dat kan worden gedaan om onaangename gevolgen te elimineren. Alle producten in vaste vorm worden opgeslagen in stapels en op rekken.Brandbare stoffen worden opgeslagen in speciaal daarvoor bestemde gebouwen, gebouwen, objecten, die opslagfaciliteiten worden genoemd. Voedsel mag ook worden opgeslagen onder voortenten en in open gebieden. Als u zich niet aan de algemene normen houdt, kunnen brandbare stoffen brand veroorzaken. Om dergelijke onaangename incidenten te elimineren, moet u rekening houden met de compatibiliteit van de stoffen en geschikte blusmiddelen bij de hand hebben. Compatibiliteit van productopslag wordt bepaald door de eigenschappen van de materialen zelf: ze kunnen al dan niet compatibel zijn. Onverenigbare producten zijn materialen die bij interactie met elkaar een gevaarlijke stof vormen. Als u een geschikt blusmiddel op voorraad hebt, waardoor de interactie van materialen volledig wordt geëlimineerd, kan brand worden voorkomen.
Hoe de mogelijkheid van brand uit te sluiten?
Om tragedie te voorkomen, zijn alle producten tijdens opslag onderverdeeld in de volgende categorieën:
- Secure. Dit zijn niet-brandbare stoffen en bevinden zich in een niet-brandbare verpakking. Bovendien stoten dergelijke producten in geval van brand geen giftige componenten uit.
- Laag gevaar. Dit zijn ontvlambare en langzaam brandende componenten die niet veilig zijn.
- Gevaarlijk. Deze stoffen kunnen door hun eigenschappen leiden tot een explosie en brand.
- Vooral gevaarlijk. Dit zijn producten die volledig onverenigbaar zijn met materialen van dezelfde categorie.
Wat kan er gezegd worden over de brandveiligheid van de opslag van ontvlambare vloeistoffen?
Alle brandbare stoffen en materialen in vloeibare vorm worden meestal opgeslagen in metalen, synthetische of gewapende betonnen tanks. Dit stationaire vat is alleen bedoeld voor het bewaren van vloeibare, gasvormige stoffen. De meest voorkomende zijn stalen tanks. In de praktijk worden de volgende stalen vaten gebruikt:
- Verticaal cilindrisch met een stationaire afdekking.
- Horizontaal.
- Verticale cilindrische vorm met drijvende dop.
- Verticaal cilindrisch met een ponton.
Deze schepen worden ondergronds of op de grond gemonteerd. Ondergrondse tanks worden genoemd die in de grond zijn begraven of met aarde zijn besprenkeld, terwijl het maximale vloeistofniveau lager is, niet minder dan 0,2 meter van het laagste planningsstreepje. Grondtanks voldoen niet aan bovenstaande voorwaarden. De meest voorkomende zijn verticale, cilindrische, stalen tanks, met bolvormige, conische doppen en een vlakke bodem.
Hoe wordt het brandgevaar van de containers zelf bepaald? Dit wordt vastgesteld vanwege de brandgevaarseigenschappen van ontvlambare vloeistoffen die moeten worden opgeslagen, hun volumes, het vermogen om een dampgaswolk te vormen tijdens grote en kleine "ademhaling".
Bij het opslaan van ontvlambare vloeistoffen kunnen ontstekingsbronnen vonken zijn door ontladingen van statische of atmosferische elektriciteit, door het gebruik van een vonkvormend object, defecte elektrische apparatuur, open vuur en de aanwezigheid van pyrofore componenten.
Basisvereisten voor brandveiligheid tijdens opslag van brandbare mengsels in tanks:
- Het is vereist om op alle tanks te installeren: ademventielen, brandbeveiliging, reflecterende schijven, controle- en signaleringsapparatuur, kleppen, schuimgeneratoren, ventilatiebuizen, licht- en doseerluiken, sifonafsluiter, ontvangende en distributieleidingen.
- Alle ademventielen moeten worden aangepast aan de ontwerpdruk, de juistheid van de werking ervan moet ook worden gecontroleerd, zodat alles voldoet aan de instructies.
- Routine-inspecties van kleppen en alle apparatuur zijn verplicht en moeten altijd op tijd worden uitgevoerd!
- De tank moet strikt tot de klepcapaciteit worden gevuld.
- Productniveau moet worden bewaakt door alarmen.
- De helling moet onbrandbaar zijn, het deksel moet goed gesloten zijn.
- Alle tanks moeten worden schoongemaakt zoals gepland.
- Is de container onbruikbaar? Hij heeft een vervanging nodig!
Brandveiligheid is het belangrijkste waaraan u zich strikt moet houden wanneer u met ontvlambare stoffen werkt.